Financieringspositie
Om de financieringsbehoefte te bepalen, wordt gekeken in welke mate de boekwaarde van de vaste activa en de bouwgronden in exploitaties worden gefinancierd met eigen vermogen (reserves) en lang vreemd vermogen (voorzieningen en langlopende leningen).
Het verwachte financieringstekort/-overschot
Op grond van de ontwikkeling van de financieringsbehoefte voor de komende begrotingsjaren, de huidige liquiditeitspositie (van directe beschikbare geldmiddelen) en ervaringen met het realiseren van verwacht nieuw beleid wordt ingeschat, dat in 2022 voor de financiering een beroep wordt gedaan op de kapitaalmarkt. De gemeente mag een deel van haar financieringsbehoefte opvangen binnen de kasgeldlimiet. Maar het financieringstekort vanaf 2022 is te groot om in zijn geheel met kasgeld te financieren. Op basis van de huidige vooruitblik wordt in de loop van 2022 vanwege het oplopende financieringstekort een beroep gedaan op de kapitaalmarkt. Naar verwachting zal in 2022 een langlopende geldlening moeten worden afgesloten van minimaal € 20 miljoen. In 2023 zijn langlopende geldleningen nodig van € 5 miljoen en in 2024 van ook 5 miljoen. Met de rentelasten hiervan is in deze begroting rekening gehouden. Dit betreft echter een momentopname ten tijde van het opmaken van deze begroting. Hierbij is rekening gehouden met de boekwaarden van de activa, de eigen financieringsmiddelen (reserves en voorzieningen), de vaste opgenomen geldleningen gedurende het begrotingsjaar 2022 en de meerjarenraming.